Govert van Wijn werd geboren te Maassluis op 4 december 1642 en overleed daar op 21 januari 1738. Hij was reder van beroep, terwijl de visserij in Maassluis één van zijn bloeiperioden beleefde, en was daardoor zeer vermogend. Hij was niet alleen zeer vermogend, maar ook zeer vrijgevig en deed met zijn geld veel goeds in Maassluis. Zo liet hij de “breede trappen” van de Veerstraat naar de Noorddijk aanleggen, om het voor de bewoners achter de dijk makkelijker te maken op de dijk te komen. Ook liet hij bomen planten aan de noordzijde van de Noordvliet. Bovendien schonk hij aan de Groote Kerk het beroemde Garrels-orgel, wat op zijn 90e verjaardag in gebruik werd genomen. Niet alleen betaalde hij de kosten van het orgel, ook voorzag hij in het salaris van de organist.
Govert van Wijn is zelf ongehuwd en kinderloos gebleven, maar kinderen hadden een speciaal plekje in zijn hart, getuige zijn schenking aan het weeshuis. Van Wijn had zijn vermogen belegd bij de Engelse bank en schreef in zijn testament dat van de rente jaarlijks £ 500,– toekwam aan het weeshuis. Govert van Wijn besloot bovendien dat zijn sterfdag een feestdag moest worden! In zijn testament liet hij vastleggen dat alle weeskinderen die dag op zijn kosten zouden worden getrakteerd en feest zouden vieren. De traktatie bestond uit: “’s morgens ieder kind een stuivers witbrood met boter, ’s middags warm gebraden vleesch en ’s avonds zoetemelkse rijstebrij met suiker en kaneel daarover”.
In 1955 werd de naam van Govert van Wijn als eerbetoon toegevoegd aan de naam van de stichting; de officiële naam werd toen voluit: Stichting Het Weeshuis der Hervormden genaamd “Govert van Wijnstichting”. In 2011 ging de Govert van Wijnstichting verder als zelfstandige stichting.